24 juni 1818: De op die datum aanwezige blusmiddelen zijn: "twee groote en eene kleine draagbare brandspuit, benevens twee groote pompen in het dorp geplaatst". Voorzover niet voorhanden zijnd zullen worden aangeschaft 24 lederen brandemmers, 8 draagtonnen met de stokken, 2 groote kuipens bij iedere pomp, 2 groote brandhaken, 2 ladders van 20 sporten, lantaarnen, gereedschapzakken.
De materialen zullen "in het tegenswoordige huisjen in de kerk bewaard blijven", ladders, haken, etc. tegen het noorder gedeelte van de torenmuur onder een behoorlijk dak. Door het gemeentebestuur zullen worden aangesteld: 1 overbrandmeester, 8 brandmeesters, 8 pijpgasten, 60 pompgasten, water- en lantaarndragers. Verder zijn alle inwoners verplicht om op last van het gemeentebestuur te helpen bij bluswerkzaamheden.

20 mei 1819: De spuiten zijn met het begin van 1780 uit gecollecteerde gelden aangekocht "en overzulks kunnen en moeten zij gerekend worden het eigendom der gemeente", tot dusver zijn ze onderhouden door de geërfden der Zelhemse mark. Het onderhoud werd betaald uit de opbrengsten van enige op het dorp gelegen landerijen en van de rente van een kapitaal van 150 gulden.

Door de eeuwen heen is er veel veranderd bij de brandweer. De oude handspuiten zijn vervangen door een motorspuit. Die eerste spuit werd bediend door vrijwilligers die waren aangezocht door de gemeente op advies van de commandant. De laatste was meestal een ervaren man, een loodgieter, een koperslager of een smid. Voor de alarmering werd gebruik gemaakt van een brandklok in de toren van de kerk, eentje met een ijle klank. Degene die het eerst de klok luidde kreeg een premie. Enkele paardenhouders in de omgeving van de toren waren aangewezen om bij alarm snel met een opgetuigd paard naar de toren te komen waar de brandspuit stond opgesteld (de eerste brandspuit stond in de rechteruitbouw naast de toren, later werd de oude dorpsschool gebruikt als brandweerkazerne) en het vervoer naar de plek des onheils te regelen. De manschappen moesten maar op eigen gelegenheid bij de brand zien te komen.

 

Zo moet moet het uitrukken er ongeveer hebben uitgezien.

Foto Kevin Salemink, juni 2004

 

De oude brandspuit van de Zelhemse brandweer. Deze is gemaakt in 1691. Om een brand te bestrijden moest het water met emmers aangevoerd worden, met twee ladder, die boven de pomp werden geplaatst, werd het water in de stortkoker gegooid.

Foto Kevin Salemink, juni 2004

 

De Zelhemse brandspuit, die gemaakt is in 1691, is een originele Jan van der Heyden brandspuit die vermoedelijk eerst in Amsterdam dienst heeft gedaan. Dit type brandspuit is een verbeterde versie van de toenmalige blusmiddelen. In Amsterdam was de brandspuit nog niet uitgevoerd met wielen maar stond deze op een slede. Rond 1750-1760 is de brandspuit verkocht aan Wormerveer waar de wielen onder de bandspuit geplaatst zijn. Sporen van deze verandering zijn terug te vinden op de brandspuit. In Wormerveer heeft de brandspuit ongeveer 100 jaar dienst gedaan voordat hij verkocht is aan Zelhem waar hij tot 1930 in gebruik is geweest.
De brandspuit(en?) met de leren emmers zijn in de oorlogsjaren verborgen in een boerderij in Halle. In 1960 kwam een verzekeringsagent daar op bezoek en deze had wel interesse in de leren emmers, die kon hij wel krijgen maar dan moest hij alles meenemen. Omstreeks 1961 is de bandspuit door de Opleidingsschool Rotterdamsche Droogdok Maatschappij (RDM) gerestaureerd en de brandspuit kwam toen in particulier bezit. Door een toevalligheid werd de brandspuit door een Zelhemse brandweerman terug gevonden en werd deze in bruikleen afgestaan aan de Zelhemse brandweer.

 

Deze spuit is gemaakt rond 1725, deze brandspuit kon zelf het bluswater aanzuigen.
Het is niet bekent wanneer deze in Zelhem is gekomen of waar deze oude brandspuit is gebleven.

Foto: uit collectie Eef Oosterink

 

Voor de brandweergarage, in de voormalige dorpsschool, aan de Koestraat.
De brandweerauto is een Dodge DP, PM10 (personeels-materieelwagen met
zitplaatsen voor 10 personen) met kenteken M62823.
Opbouw: Remmers-Tilburg, bouwjaar chassis 1934.
In dienst brandweer 1942, afgevoerd 1951

Foto: uit collectie Eef Oosterink

 

In de jaren vlak voor de oorlog werd een nieuwe motorspuit aangeschaft van het merk Ford V8. Een uitstekende spuit die jarenlang dienst heeft gedaan. Maar altijd was het vervoer een groot probleem. Eindelijk werd de oplossing gevonden door de spuit aan een vrachtauto te koppelen die door een expeditiebedrijf beschikbaar was gesteld. Nog beter werd de zaak geregeld door op het chassis van een vrachtauto een open bak te bouwen voor manschappen en materiaalvervoer. Deze was voorzien een trekhaak waaraan de motorspuit werd gekoppeld. Het grote probleem bleef echter de watervoorziening.

In het dorp waren wat brandputten maar daarbuiten moest meestal geput worden uit open water indien dat aanwezig was. In de oorlog werden hier en daar kolken gegraven of bestaande uitgebreid (Kommekolk). Maar dat was ook niet alles. Na de oorlog werd er een chassis van een Bedford-truck aangeschaft en hierop werd een watertank gebouwd. Dit bleek een grote verbetering. Na een aantal jaren hiermee gewerkt te hebben werd een grote tankwagen aangeschaft van het merk DAF. Deze bevatte ook een manschappencabine zodat de manschappen direct aanwezig waren bij de ramp. De motorspuit die men nog had raakte uit de tijd en zo werd deze vervangen door een van het merk VW met een nieuwe manschappen- en gereedschapwagen van Mercedes. Ook op het gebied van de kleding zijn de manschappen erop vooruitgegaan. Destijds moesten de brandweerlieden zelf maar zorgen voor hun kleding. Alleen de spuitgast had een leren pak.

 

Foto van fam. Wonning

 

De brandweer rukt uit om bij bakkerij Ditzel een krentenwegge op te halen

Foto: uit collectie Eef Oosterink

 

Aankomst van de tankwagen om water te vervoeren op 27 maart 1951.
De tankwagen is een Bedford QL uit 194. [oorlogsdump]
TW2LD2400T7000, opbouw Jansen-Ajax.
Brandweer Hengelo (G) heeft een identiek exemplaar nog bewaard.

Foto: uit collectie Eef Oosterink

 

Demonstratie van de nieuwe tankwagen op de markt

Foto: uit collectie Eef Oosterink

 

DAF brandweerauto aan de Zevenweg

Foto van fam. H.W. Wesselink

 

Houten gravure die door burgemeester Hout in 1974 uitgereikt
is op het veertigjarige jubileum van bandweerman H. Jansen.

Gravure beschikbaar gesteld door fam. van Schie